Een tijdje geleden stopte Vlerick-prof Marc Buelens me zijn boek “Hebt u een CEO-brein ?” toe. Ik hield al twee flessen wijn vast, dus schonk ik er aanvankelijk weinig aandacht aan. Ik kon het hem dan ook niet vragen : is dit een stille wenk ? Tony had net de VRT verlaten, moet je weten.
Alle gekheid op een stokje, het was een geschenk om ik er een uiteenzetting had gehouden over creativiteit in de media. De wijnflessn zijn al langer leeg; het boek heb ik intussen ook uit.
Voor complexe gedragingen zoals leiding geven, problemen oplossen of luisteren met empathie, speelt erfelijkheid eerder een beperkte rol. Laten we zeggen één van 50 %. Dat betekent dat er 50 % overblijft om te coachen, te begeleiden, te herscholen. Omdat dit zo ongeveer de cijfers zijn waar we van kunnen uitgaan, is het gevaarlijk zonder meer te stellen dat management aangeboren zou zijn.
Professor Buelens voegt er nog aan toe dat “will+skill+drill” het succes van de manager bepaalt. De “will” is het plezier in de vaardigheid, de motivatie, de passie. Daarnaast zijn er de “skills” of de vaardigheden die je makkelijk kan aanleren. Onderhandelen, presentaties houden, een businessplan opstellen, een marketingmix bepalen, een vergadering voorzitten, … : stuk voor stuk vaardigheden die op papier vrij eenvoudig zijn. De combinatie van die twee werd eerder al beschreven, maar Buelens voegt er “drill” aan toe en dat maakt de formule uniek. Dagelijks oefenen, volharden en nooit opgeven. Vraag dat maar aan de kandidaten van pakweg de Koningin Elisabeth-wedstrijd.
Geef een reactie